Oost-Friese Theecultuur
Sinds de 17e eeuw wordt er in Oost-Friesland thee gedronken en geïmporteerd. De eerste thee kwam via de Nederlandse VOC als medicijn in het Nederlandse en Engelse georiënteerde gebied. Volgens de Duitse Thee Associatie Teeverband wordt er tegenwoordig in Oost-Friesland 300 liter per hoofd van de bevolking gedronken. Als het gebied een land was zou dit het hoogste in de wereld zijn, net voor Koeweit (292 liter), Ierland (257 liter) maar ondertussen ver voor op No. 3 Turkije (225 liter).
Toen koffie in Duitsland en andere delen van Europa een vlucht nam, bleef thee in Oost-Friesland overeind. Puur om economische redenen, thee kon immers meerdere keren gebruikt worden zonder dat er koffiemolens of filters aan te pas kwamen. Bij bezoek van gasten toonden Oost-Friezen zich zeer gastvrij door meer theebladeren in de theepot te doen. Met de tijd werd dit gewoon en werd een zware thee de Friese standaard.
De rituelen zijn ondertussen een verankerd onderdeel in de Friese theecultuur. De kleine kopjes, de kandij en de room die niet geroerd mag worden – overgebleven uit de 19e eeuw toen Duitsland sterk industraliseerde en verstedelijkte. Als reactie op deze sterk economisch betere tijden werdt juist de lokale geschiedenis opgeschreven en tradities vastgelegd. Allemaal in een poging om deze in stand te houden. Oost-Friese thee werd zodoende een belangrijk onderdeel in de vorming van een regionale identiteit. Zelfs het porselein dat werd gebruikt had een onderscheidende patroon van rozen, te zien op zowel theepot, kop als schotel.
Alle blogartikelen